Hoofdstuk 4:
'Je tijdelijke baas'
Een hoofdstuk over de bijzondere relatie tussen freelancer en klant.
Mag het ietsje meer zijn?
“Underpromise and overdeliver. Met andere woorden: lever altijd nét even iets meer dan wat je gevraagd wordt of waar je voor wordt betaald. Kom altijd op tijd en laat zien dat je betrokken bent. Loop niet te lang te lummelen op social media of buiten bij de rokerspaal. Je krijgt een fiks uurtarief, onthoud dat en zorg dat je klant ziet dat je je dat realiseert.” Freelance art director.
​
“Waar ik aanstormende freelancers voor zou waarschuwen is dat ze goed moeten beseffen dat er van een freelancer meer wordt verwacht dan van een vaste medewerker. En dat je je dus ook zo moet opstellen. Ga niet ergens zitten en je dingetje doen voor het aantal uur dat je wordt ingehuurd, maar zorg dat je in die tijd het bureau echt helpt. Met een fucking goed-doordachte oplossing, plús iets extra's. Altijd.” Freelance copywriter.
Klein Opdrachtgevers Onderzoek
Waar ergeren opdrachtgevers zich het meest aan bij freelancers?
1. Onvoldoende betrokken bij de klus
Dit is bij maar liefst 59% van de ondervraagde opdrachtgevers de allergrootste irritatie. Puntje van aandacht dus.
​
2. Bellen met andere klanten tijdens klus
Voor freelancers (die werken zonder agent) is het een noodzakelijk kwaad. Want je moet je andere klanten te woord kunnen staan. Voor 15% van de opdrachtgevers is het echter de grootste bron van irritatie. Bij 30% is het de nummer 2 ergernis. 33% heeft overigens van het bellen helemaal geen last.
​
3. Rommel achterlaten na een klus.
Slechts 7% van de opdrachtgevers vindt dit de allergrootste irritatie. Bij nog ‘ns 7% staat dit pas op de tweede plaats. 41% van de klanten heeft hier helemaal geen last van. Kennelijk zijn we dus best netjes in ons werk.
​
Overigens, 19% van de opdrachtgevers ergert zich helemaal niet aan haar freelancers. Dus dat is weer een opsteker voor ons.
​
Op de vraag ‘Wat moeten freelancers volgens opdrachtgevers minder doen?’ kwamen de volgende antwoorden binnen:
​
Bedelen om klusjes: 27%
Tijdens de klus lullen over koetjes en kalfjes: 23%
Zeuren over tarief: 32%
Vertrouwelijk informatie
Naast talent en een prettig karakter heeft de freelancer nog een onontbeerlijke eigenschap nodig: betrouwbaarheid. Een freelancer moet volledig 100% thru thick and thin te vertrouwen zijn. In de uren dat je bent geboekt door een opdrachtgever heb je een huwelijk van vertrouwen gesloten voor die periode. Je lult niets door naar andere opdrachtgevers. En je kletst niet over hun strategie tegen andere bureaus.
​
Dat is soms best moeilijk. Freelancers komen namelijk overal binnen. Bij concurrerende opdrachtgevers. Bij bedrijven die elkaars personeel proberen weg te kapen. En bij bureaus die azen op de klanten van andere bureaus. Hoe moeilijk het soms ook voor je is, what happens bij die ene opdrachtgever stays bij die ene opdrachtgever.
​
De klant die jou heeft geboekt is op dat moment je enige klant én je favoriete klant. Heb je opgevangen dat de grootste klant van je favoriete opdrachtgever al met één been bij een ander bureau staat? Kop houden. Ook al betekent deze switch dat je inkomsten eronder zullen lijden.
​
“Er werkte hier een interim HR-manager. En die wist dus al heel lang wat de reorganisatieplannen waren. En ik weet dat die persoon naar buiten toe - over mensen die nog in die reorganisatie zaten - al twee maanden van tevoren tegen oud-collega’s had gezegd wie er allemaal weggingen. A; als manager kan dat sowieso niet. B; als HR-manager al helemaal niet. En C; als freelancer op HR kan dat al heeeeelemaal niet.” Marketing manager bij een adverteerder.
Pitch is a...
Vooral bij een pitch is vertrouwen erg belangrijk. Een pitch is een competitie die een adverteerder uitschrijft om een nieuwe leverancier van creatief werk te kiezen. Meestal gaat zo'n pitch tussen bureaus. De laatste tijd schuiven daar ook steeds vaker freelancers of cellen van freelancers tussen. Tijdens een pitch zet elke deelnemer zijn beste beentje voor om de klant te winnen.
​
Het komt regelmatig voor dat je tijdens een pitch door meerdere deelnemende partijen wordt gevraagd om te helpen. Als visualiser kom je er vaak nog mee weg. Omdat je niet of nauwelijks invloed hebt op het beslissingsproces is het geen probleem om te werken voor verschillende deelnemers van de pitch. Als copywriter, strateeg of art director is dit een tikkie lastiger. Je wordt namelijk ingehuurd om je mening te geven. En in theorie zou je op die manier een van de twee partijen kunnen saboteren in de pitch.
​
Het meest verstandige is om zo eerlijk mogelijk te zijn. Zeg gewoon eerlijk tegen het tweede bureau dat jou wil inschakelen, dat de concurrentie je helaas al heeft geboekt. En dat je dus niet ook nog voor hen kunt werken.
End of story
Als je eenmaal je vertrouwen hebt laten vallen, is het gedaan met je freelance-bestaan. Om te beginnen zullen de betrokken klanten niet meer met je willen werken. En daarna volgen de andere opdrachtgevers. Want ze roddelen onderling meer dan je zou denken. Eén keer het vertrouwen beschamen en je reputatie is aan gort. En die krijg je niet meer gerepareerd.
​
“Als je bij een klant binnenkomt, en je klapt je laptop open, zorg dan dat er geen dingen tevoorschijn komen van je vorige klus.” Freelance designer.
Auw! Bij deze vraag werd pijnlijk duidelijk dat we als freelancers nog flink moeten werken aan onze reputatie als vertrouweling.
Bij 14% van de opdrachtgevers heeft een freelancer heeft wel ‘ns wat informatie doorgeluld.
Bij 28% kwam een freelancer een belofte of afspraak niet na.
Bij 10% kaapte een freelancer een vast personeelslid weg.
Bij 10% ging een freelancer – achter de rug van het bureau om – rechtstreeks op een klant werken.
Bij 38% van de opdrachtgevers is er gelukkig nog nooit iets voor-gevallen.
​
“Ik huur geen freelancers in die ik heb leren kennen via de bureaus waarmee ik werk. Omwille van de relatie met ons bureau. Dus de freelancers die bij ons zitten, zijn altijd onze eigen freelancers.” Bettina Dalenoord, marketing communicatie manager bij InShared.
Anekdote:
Freelancer Piet zat een keer bij een bureau Pollewop vrolijk te werken voor een leuk merk. In de wandelgangen had Piet opgevangen dat dit merk had besloten om de relatie met bureau Pollewop te beëindigen. Het merk was verliefd geworden op een ander bureau. Het enige dat Piet kon doen was zwijgen. Beide bureaus zijn namelijk klanten van Piet. En beide bureaus vertrouwen Piet. Ze gaan ervan uit dat Piet vertrouwelijk omgaat met hun informatie. Hoe moeilijk dat ook was voor Piet. Want bureau Pollewop was namelijk een van zijn favoriete opdrachtgevers.
Klein Opdrachtgevers Onderzoek
NDA oftewel Non Disclosure Artikelpaperassending.
Steeds meer opdrachtgevers vragen of je een NDA wilt tekenen. Een non disclosure agreement. Met zo’n contract beloof je plechtig geen vertrouwelijke informatie naar buiten te brengen. Moet je gewoon tekenen. Het is vaak een nietsaandehandje. Je moet het natuurlijk wel goed doorlezen! En let op dat de opdrachtgever je niet verbiedt om al dat mooie werk dat je gaat maken op je eigen portfolio te zetten. De gemiddelde freelancer freelancet namelijk niet voor het geld, maar voor het mooie werk. En als je door de NDA niet met de output mag pronken op je eigen portfolio, dan doe je het eigenlijk voor de kat zijn kut.
Concurrerende merken
Bij conflicterende opdrachten moet je zelf bepalen of je de klus aanneemt of niet. Stel, je krijgt bij Klant A een klus voor een automerk. En een week later krijg je bij Klant B een identieke klus voor een concurrerend automerk. Zo'n situatie is misschien gek, maar komt vaker voor dan je denkt.
​
Kun je de klus doen zonder de belangen van de bureaus te verstrengelen? En zonder geheimen te delen? Dan moet je de tweede klus gewoon aannemen. De briefings zijn meestal totaal anders: met andere doelstellingen, andere doelgroepen en andere budgetten. Het werk dat je bij Klant A hebt gemaakt, heeft dan geen enkele invloed op het werk dat je bij Klant B gaat maken.
Maar als je bij Klant B misbruik maakt van de kennis die je hebt opgedaan bij Klant A dan ben je een enorme oetlul. Klant A zal je dan nooit meer inhuren. En Klant B t/m Z waarschijnlijk ook niet meer.
Ken je nog iemand?
Veel opdrachtgevers zullen je vragen of je ergens nog een leuk talentje kent. Iemand die een beetje ongelukkig is met z'n vaste baan. Als freelancer krijg je bijna wekelijks het verzoek van een opdrachtgever om bij andere toko's talenten te scouten. Je klant weet namelijk dat je overal binnenkomt. En op deze manier probeert hij een gratis headhunter van je te maken. In de hoop zo een nieuwe copywriter of designer te vinden.
​
Niet doen.
​
Ten eerste ben je geen headhunter en krijg je er ook niet voor betaald. En ten tweede is het diefstal. Je steelt namelijk van je eigen klanten. Een keer een wc-rol of een theezakje achterover drukken is nog tot daaraan toe. Maar blijf met je tengels van het meest waardevolle van je eigen klanten af: hun personeel. Het is niet oké. Hoe kun je je klant nog onder ogen komen als blijkt dat jij zijn beste werknemer naar 'n ander bedrijf hebt gestuurd?
​
Soms blijven opdrachtgevers hardnekkig aandringen. En ze rechtvaardigen hun vraag door te zeggen dat je alleen namen hoeft door te geven van talenten die momenteel écht diepongelukkig zijn.
​
Nog steeds niet doen.
​
Je ontneemt namelijk je andere klant de kans om de ongelukkige ziel alsnog te laten opbloeien bij z'n huidige baan.
​
Het beste dat je in zo’n situatie kan doen is het gesprek omdraaien. Zeg tegen de aandringende opdrachtgever dat je geen tijd hebt om voor 'm te spioneren. Omdat je namelijk al aan het spioneren bent voor z’n concurrent. En dat je hier opvallend veel talenten ziet zitten die misschien wel in zijn voor een nieuwe uitdaging…
Anekdote:
Freelancer Truus ging een jaar of zes geleden op gesprek bij een headhunter. Niet dat ze op zoek was naar een vaste baan, maar ze praat en luistert naar iedereen. Je weet immers maar nooit hoe een koe een klant vangt. De headhunter deed Truus een nogal oneerbaar voorstel. Namelijk om voor een riante vergoeding te spioneren bij bedrijven. In ruil voor wat centjes moest ze verslag uitdoen bij de headhunter over de werksfeer van verschillende bureaus, over welke bureaus nog mensen zochten, over welke werknemers te verleiden waren met een nieuwe baan en over waar de meest getalenteerde werknemers zaten. Truus heeft de headhunter vriendelijk bedankt voor zijn vreemde voorstel en ‘m daarna verbannen uit haar netwerk. Waarschijnlijk was zijn aanpak niet echt succesvol. Want Truus heeft sindsdien nooit meer iets van 'm vernomen.
​
“Ik heb wel ‘ns een rare situatie meegemaakt. Van collega’s hoorde ik dat een werknemer naar een ander bureau was gegaan omdat hij was geheadhunt via een freelancer. Als dat aan het licht komt, dan is het de laatste keer dat ik je inhuur. Als freelancer moet je je goede naam beschermen. En niet gaat lopen klootviolen.” Ronnie Besseling, digital design director Dawn.
"It doesn't make sense to hire smart people and then tell them what to do; we hire smart people so they can tell us what to do." Steve Jobs
​
Over het geven van meningen lopen de meningen uiteen. Er is een grote groep (het merendeel) die zijn mening liever helemaal niet geeft. Deze vrije vogels doen gewoon keurig wat hun opdrachtgever van ze vraagt. Zonder sputteren of zonder een klein vraagteken te plaatsen achter de opdracht. Waarschijnlijk zien ze zichzelf nog steeds als de huursoldaat waar de term vrije lancier ooit vandaan kwam. Ze vechten zonder vragen te stellen. Ze zijn bang om opdrachtgevers te verliezen en bang om klussen mis te lopen.
​
De tweede groep neemt zijn werk gelukkig een stuk serieuzer. Deze free-lancers zien zichzelf als de professionals die ze ook zijn: experts die niet alleen worden ingehuurd voor hun kunde, maar ook voor hun mening en advies. Als freelancer maak je namelijk onderdeel uit van een project. Het spreekt voor zich dat dit project zo goed mogelijk moet worden uitgevoerd. En als jij een idee of een mening hebt waardoor het project beter kan worden, dan moet je je mond opentrekken. Het risico bestaat dat je als lastig wordt gezien en niet meer wordt ingehuurd. Maar je bent in ieder geval wel eerlijk naar jezelf. Je bent geen kontenlikker. Je bent een trotse freelancer die zichzelf 's morgens nog in de spiegel durft te kijken.
Gebruik bij het delen van meningen de verstandige 'choose your battles'-strategie. Bij elk punt waarvan je denkt dat het beter kan, mag je je zegje doen. Geef bij kleine puntjes één keer je mening en laat het dan daarbij. En ga dan daarna weer keurig verder met wat de opdrachtgever van je vraagt. Bij grote portfoliowaardige puntjes mag je best een keertje harder vechten. Als een project een parel dreigt te worden, zet dan alle zeilen bij. En ga pittige discussies niet uit de weg.
​
En dan is er de kleinste groep mondige freelancers. Deze freelancers delen niet alleen hun mening met hun opdrachtgevers, ze gaan nog een stapje verder. Als de opdrachtgevers beginnen te schofferen, dan schofferen deze freelancers net zo hard terug.
Sommige klanten - met name bepaalde creatief directeuren - voelen zich heel wat. En ze vinden het dan ook de normaalste zaak van de wereld om mensen af en toe 'ns lekker op hun plaats te zetten. Door ze en plein public voor rotte vis uit te maken. Hun eigen personeel, maar ook freelancers. De meeste freelancers laten dit gewoon een beetje over zich heen komen. Ze hebben een laagje van teflon en slikken de scheldkanonnades uit angst hun klant te verliezen.
​
Gelukkig zijn er freelancers die dit niet pikken. Deze freelancers bijten terug. Met alle gevolgen van dien. Het kost ze waarschijnlijk heel wat klanten, maar ze vinden het belangrijker om vrienden te blijven met zichzelf dan om vrienden te blijven met assholes.
​
“You have enemies? Good. That means you've stood up for something, sometime in your life.” Winston Churchill
De mondige freelancer
Vakgenoten over de mondige freelancer
“Ik heb heel vaak een beroep moeten doen op freelancers. En ik merk gewoon dat die (behalve een grote dosis cynisme) weinig brengen als het gaat over het vooruitbrengen van het bureau. Dus die komen hier een opdracht doen en zijn (ook door wat ze zien bij andere bureaus) erg sceptisch. Dat wil ik niet. Dat kan ik niet gebruiken. Ik probeer er dus zo min mogelijk gebruik van te maken. Als je hier een week zit, wat is dan je relatie tot het bureau? Ben je dan een leverancier? Er zijn maar weinig freelancers die zich opstellen als een onderdeel van het bureau. Er is altijd een groter doel dan de klus of de prijs je ermee kunt winnen. Namelijk het merk en het bureau verder helpen. En dat hebben freelancers niet.” Bas Korsten, executive creative director JWT.
​
“Het is goed om te bepalen in welke wereld je wilt werken: voor wat voor soort mensen, wat voor soort bedrijven. Door te kiezen moet het andere afvallen en lijk je te verliezen. Maar je kan niet als allemansvriend door het leven, dan word je kleurloos en pas je nergens. Kies bewust je wereld en word daarin de beste.” Michiel Daalmans, co-founder, The Outsiders.
“De meeste freelancers storten zich meteen op de briefing van de klant, maar ik wil weten: wat voor soort werk willen jullie maken als bureau? Wat is jullie ambitie met deze campagne? Ik krijg altijd terug dat ik de enige ben die dat vraagt….” Freelance copywriter.
“Ik zou willen dat een freelancer zich overal tegenaan ging bemoeien. Want dan gedraag je je als iemand die onderdeel is van het bureau in plaats van eigenaar van het project.” Bas Korsten, executive creative director JWT.
​
“Hoe langer je meedraait als freelancer, hoe meer fingerspitzengefühl je hebt. Je bent een wandelende bibliotheek geworden van creativiteit. Je weet wat goed is en je weet wat niet goed is. Sommige vaste creatieven zien dat in je en waarderen dat ook. Natuurlijk zul je nooit met je vuist op tafel slaan en zeggen dat we de andere kant op moeten gaan. Maar je mag altijd op een slimme - beetje politieke - wijze duidelijk maken wat je van iets vindt. Een klant van me heeft het een keer heel mooi verwoord. Als hij met me werkt, dan weet hij dat hij cadeautjes van me krijgt. Hij zit zelf al zo vast in het proces. En hij is al zoveel kanten op gemept: financieel, creatief, productie-technisch... Maar dan kom ik met mijn vrijegeestige bek. En ik ben totaal niet geïnteresseerd in welk proces dan ook. En ik breek dat los. Ik kom dan soms met dingen waar ze zelf niet aan gedacht hebben. De klant wordt enthousiast en het idee groeit. Je mening durven geven is voor mij een belangrijk onder-deel van het totale creatieve proces.” Marc Kolder, freelance visualizer.
Als een vaste werknemer weggaat bij een bureau heeft hij soms te maken met concurrentiebeding. Wat inhoudt dat hij voor een bepaalde periode niet mag werken voor opdrachtgevers van zijn vorige werkgever.
​
Zo'n dreigement is overigens vrij hol.
​
Als het ooit tot een rechtszaak komt, dan houdt het concurrentiebeding geen stand. Iedereen heeft namelijk het recht om centjes te verdienen. Zodat je keurig de mondjes van je gezin kan voeden.
​
Freelancers hebben geen last van een concurrentiebeding. In ons vrije bestaan bestaat dit begrip niet. Dus als een bureau eist dat je niet via een ander bureau op zijn klanten mag werken dan is dat een hoop flauwekul.
​
De meeste grote adverteerders leggen hun projecten namelijk bij verschillende bureaus neer; bij een designbureau, een internetbureau en een pr-bureau bijvoorbeeld. Al die bureaus maken gebruik van freelancers. En het ene bureau mag jou niet verbieden om via een ander bureau ook op diezelfde klant te werken.
​
Het is natuurlijk iets anders als je achter de rug van je klant om zijn opdracht-gevers gaat benaderen. Dat is not done. Je bent dan een dief van je eigen klant. En als dit verhaal gaat rondzingen in het kleine wereldje van marketing en communicatie kom je nergens meer aan de bak.
Anekdote:
Een groot internetbureau in Nederland kreeg een keer een vreemd verzoek van een van hun klanten; een grote telecomaanbieder. De adverteerder wilde klant worden bij het bureau op één voorwaarde. De freelancers van het bureau dienden een contract te ondertekenen. Waarin ze aangaven onder geen enkele voorwaarde en via geen enkele manier voor andere telecomaanbieders te gaan werken. De creatief directeur ontplofte en dreigde de adverteerder de deur uit te werken. Hij wist hoe waardevol zijn freelancers voor 'm waren. En hij wist ook hoe absurd het verzoek was. De adverteerder liet gelukkig al snel de idiote eis vallen.
Concurrentiebeding
Freelunchers
Die bijnaam hebben we niet voor niets gekregen. Veel werknemers vinden het raar dat we naast ons (soms riante) tarief ook nog 'ns gratis mogen aan-schuiven bij de lunchtafel. Terwijl de vaste knechten daar meestal wél voor moeten betalen.
​
Probeer je gastheer met zoveel mogelijk respect te behandelen. Dus bied bij elke nieuwe klant aan om mee te betalen aan de lunch. En als dat niet nodig blijkt te zijn, trakteer 'm dan een keertje op een lunch buiten het pand. Op een lekker terrasje in een hippe tent bijvoorbeeld.
​
Er zijn tegenwoordig heel veel kleine en middelgrote bureaus. En die hebben niet de luxe om een vaste kantinejuffrouw aan te nemen. Bij deze bureaus zie je iedereen - van CEO tot creatief directeur - de mouwen opstropen om samen de tafel te dekken, samen af te ruimen en samen af te wassen. Zorg dat je - ook al zit je er maar één dag - een deel van de familie wordt. En bied dus aan om een handje te helpen. Op die manier voorkom je dat je een freelancer wordt die zich te goed voelt voor dergelijke taken. En tijdens het afruimen bouw je meteen een persoonlijke band op met je klanten.
​
Dat uurtje – of half uurtje – smikkelen valt uiteraard niet onder werktijd. Er zijn echter freelancers die geen genoegen nemen met de gratis lunch. Ze willen ook betaald worden voor de lunchtijd. Ze zetten het zonder blikken of blozen als extra uurtje op hun factuur. Ga je diep schamen als je dat ooit hebt gedaan…
“Als een opdrachtgever je tarief vraagt geef dan ook meteen aan of dat inclusief je lunchtijd is of niet. Wij merken dat sommige freelancers ervan uitgaan dat de lunch doorbetaald wordt. Het is fijn om dit vooraf, met het bespreken van het tarief, al kenbaar te maken.” Creatief directeur.
​
“Ik heb wel ‘ns een envelop thuisgekregen waarin mij vriendelijk doch dringend werd verzocht om 3,50 over te maken voor de lunch.” Marc Kolder, freelance visualiser.
Respect
Ze zijn gelukkig aan het uitsterven, maar met een beetje onmazzel kun je ze nog tegenkomen: de GodenFreelancers. Freelancers die het loopvolk negeren en alleen gezellig doen met de bobo's van het bureau. Ze paraderen schouderkloppend en koffiedrinkend met de CEO en de creatief directeur door het pand. Alle andere personen - zelfs de trafficer of art buyer die hen had ingehuurd - laten ze volkomen links liggen. En als de klus erop zit, dan laten ze meestal een enorme varkensstal achter. Proppen papier, afgekloven pennen en stiften, tientallen lege koppen koffie met sigarettenpeuken en hier en daar een verdwaalde pizzadoos. Voor de GodenFreelancers is opruimen natuurlijk ver beneden hun niveau. En daar maken ze liever hun vingers niet aan vuil.
​
Voorkom dat je een GodenFreelancer wordt of als zodanig wordt gezien. Kom keurig op tijd, stel je netjes voor, wees een onderdeel van de familie en ruim je eigen troep op.
Werk op je portfolio zetten
Freelancers in de creatieve business - en vooral creatieven zelf - willen hun laatste pareltjes zo snel mogelijk laten stralen op hun portfolio.
​
Dat geldt natuurlijk alleen voor geproduceerd werk. Afgekeurde concepten of ruwe ideetjes die nooit het daglicht hebben gezien, moet je niet op je portfolio zetten. Ten eerste omdat je daarmee overkomt als een ik-ben-net-van-de-academie-freelancer. En ten tweede omdat al die ongeboren kindjes nu eigendom zijn van het bureau waar je ze hebt verwekt. Je hebt er netjes betaald voor gekregen en je kunt die pareltjes-to-be dus niet zomaar op je portfolio zetten of meenemen naar een andere opdrachtgever. Dat is diefstal.
​
Natuurlijk zijn er uitzonderingen. Zo kun je bijvoorbeeld keurig vragen aan Klant A of je je ideetje mag verkopen bij Klant B. Dat levert meestal een hoop gedoe op. Zowel met de factuur als met de credits. Want wie heeft het idee nu eigenlijk bedacht?
​
Even terug naar het geproduceerde werk. Hier heb je hard voor gewerkt, hier ben je voor betaald en hier ben je trots op. Dit mag je dan ook zonder problemen op je portfolio zetten. Overigens is het wel zo netjes om het eerst even te vragen aan je klant. Bovendien krijg je dan vaak extra mooi materiaal aangeleverd om op je portfolio te zetten. Je hebt het recht om het werk dat je hebt gemaakt bij bureaus op je eigen portfolio te zetten. Ook al beweren sommige bureaus van niet, je mag jezelf - keurig volgens de regels van de wet - profileren met jouw geleverde diensten. Je hebt nu eenmaal je eigen winkeltje. En ook het schoorsteentje van dat winkeltje moet roken.
Anekdote:
Een aantal jaar geleden is er een rechtszaak geweest over dit onderwerp. Waarbij een designbureau een freelance designer voor de rechter sleepte. De ontwerper besloot na een paar mooie jaren in vaste dienst weg te gaan bij het bureau. Zodat hij zich nu als zelf-standig creatief kon vestigen. Het werk dat hij bij dat bureau had gemaakt, zette hij vol trots op z'n eigen portfolio. Het bureau was daar echter niet zo blij mee. Zij vonden dat zij de enige waren die met dit werk mochten pronken; het was immers de creatieve output van het bureau. Het incident leidde tot een rechtszaak. Het bureau in kwestie trok aan het kortste eind. Omdat de freelance vormgever het recht had om zichzelf te profileren in de markt met zijn eigen werk. Het is maar dat je weet...
Vakgenoten over je portfolio
"Ik vind het jammer als freelancers werk dat ze voor ons gemaakt hebben niet op hun portfolio zetten. Dat heb ik met regisseurs, dat heb ik met fotografen, dat heb ik met illustratoren. Waarom staat het werk dat je voor mij gemaakt hebt niet op je portfolio? Dat is dus niet het allerbeste? Dan heb je je best dus niet gedaan. Ik ben er trots op als ik zie dat een regisseur een film die we samen hebben gemaakt op zijn portfolio heeft gezet." Niels de Wit, creatief directeur The Oddshop.
​
“Ik kijk altijd een beetje terughoudend naar portfolio’s. Want A: ze laten alleen hun goede werk zien. En B: het is vaak niet duidelijk wat jouw bijdrage precies is geweest in het hele project.” Jolanda Stokman, group manager, production/studio EU Bose.
​
"We hebben wel ‘ns gehad dat freelancers werk op hun portfolio hebben gezet wat nog niet eens gedrukt was. Dat was niet erg handig." Ester Groot, operations manager Jump! Communications.
​
"Wat ik wel heel naar vind - heb ik een paar keer meegemaakt - als ik een idee heb verzonnen voor een merk met een freelancer, en ik zie een paar jaar later hetzelfde idee terug voor een andere adverteerder. Een freelancer heeft geen exclusieve rechten op het idee." Patrick de Zeeuw, owner Alfred.
​
"Ik heb wel 'ns een keer een freelancer gebeld: ‘Het staat op je site alsof het helemaal jouw ding is. Klopt niet. Gewoon vermelden dat je het voor bureau Hunt hebt gemaakt. En dat je met die en die hebt samengewerkt'." Arjan Ribbe, managing director Hunt.
“Een groot probleem voor visualisers is dat zij het idee schetsen. Een idee voor een reclamecampagne bijvoorbeeld. Maar soms gaat het idee niet door. En dat mag je dan als visualiser niet laten zien op je portfolio. Ondanks dat die schets waanzinnig mooi is geworden. Pas na heel veel zeuren mag je soms wat laten zien.” Edith Zandee, mede-eigenaar Mach1 en oprichter LEV Visualisers.
​
“We hadden een freelancer ingehuurd om illustraties te maken voor een digitaal jaarverslag voor een grote Nederlandse klant. Hij deelde die illustraties op Behance en andere kanalen nog voordat het jaarverslag uitkwam. Wij hadden als bureau een contract getekend dat niets naar buiten zou worden gebracht voordat het jaarverslag live zou gaan. Die illustraties gingen over de nieuwe visie van het bedrijf; zeer gevoelige informatie. Dus vraag als freelancer aan je klant wanneer je iets mag publiceren. Publiceer nooit iets voordat het bureau het zelf publiceert. Als je die regel vasthoudt zit je altijd goed.” Ronnie Besseling, digital design director Dawn.
“Bij visualisers ligt het auteursrecht van de schetsen bij de visualisers. Je mag het materiaal gebruiken voor het doel waarvoor je me hebt ingehuurd. Maar daarna is het van mij. En wil je daarna mijn schetsen ook nog voor iets anders gebruiken - als final artwork bijvoorbeeld - dan moet je me weer bellen. Zo moest ik een keer een quitclaim tekenen. En daar las ik ineens dat ik afstand moest nemen van alle rechten van het door mij gemaakte schetswerk. Ja, dat ga ik natuurlijk niet doen. En het mag ook niet! Overigens reageerde het bureau begripvol. Kennelijk was ik de eerste die er iets van zei en daarom hebben ze die regel meteen veranderd. Het is mijn werk. Als je het wilt hebben, dan moet je het kopen. Dan gaan we onderhandelen. En dan ben ik best schappelijk. Maar ik vind het belangrijk dat men weet wat kan en wat niet. Daar ben ik altijd heel duidelijk in.” Marc Kolder, freelance visualiser.
Credits
Een heikel onderwerp. En dan vooral in de ego-rijke wereld van marketing en communicatie. Als je in vaste dienst zit, dan zijn de credits vaak vrij over-zichtelijk. Maar zodra freelancers een rol spelen bij een project dan wordt het een probleem.
​
Soms hebben tientallen freelancers meegewerkt aan een project. De een speelde een rol bij het verzinnen van het idee. De ander deed een stukje uitwerking en ging daarna op vakantie. Dus moest het project weer worden overgedragen aan een andere freelancer. En weer iemand anders had een bijdrage aan de strategie.
​
Voor bureaus kan het dus enorm onoverzichtelijk zijn wie er nou op de creditslijst moet staan. Veel bureaus hanteren een rigoureuze oplossing. In plaats van personen vermelden ze alleen het bedrijf. Dus de naam van het reclamebureau of designbureau. Makkelijk. Duidelijk. Hoeft niemand ruzie te maken of jaloers te zijn. Het nadeel hiervan is dat je niet met naam en toenaam wordt genoemd. Je kunt je dus niet persoonlijk profileren met je pareltje. Want jouw naam staat niet in de vakbladen of in de jaarboeken. En jouw naam komt dus ook niet voor in het rijtje met meest gelauwerde creatieven.
Er is nog een reden dat credits voor bureaus een probleem zijn. Als je een date wilt imponeren met je kookkunsten, is het natuurlijk een beetje een zwaktebod om toe te geven dat je moeder het heeft klaargemaakt. Dat gevoel leeft ook bij veel bureaus. Ze vinden het leuk dat ze eindelijk eens een prijsje winnen. Maar ze vinden het minder leuk om toe te geven dat dit uit de koker kwam van een freelancer. Maar waarom zou je daar als bureau een probleem van maken? Die freelancer had het creatieve werk namelijk nooit kunnen maken zonder het bureau. De strategie, de briefing en de begeleiding spelen een grote rol bij het glimmende pareltje.
​
Kortom, als freelancer ben je vaak de sjaak als het gaat om credits. Dat betekent echter niet dat je het als freelancer zomaar moet accepteren als je naam weer ‘ns niet op een lijstje staat. Huilen of boos worden heeft geen zin. Maar je mag er wel wat van zeggen. Ten eerste omdat het niet netjes is dat je bent getipp-exed. En ten tweede omdat je ook reclame moet maken voor je eigen winkeltje. Je moet jezelf als freelancer kunnen profileren met mooi creatief werk. Dus ook al staat je naam er niet bij, laat de hele wereld – en dan vooral je klanten en collega’s – weten dat jij een grote rol hebt gespeeld bij dit project.
Vakgenoten over credits
“Soms hebben zoveel personen gewerkt aan een klus – freelancers en eigen personeel – dat het als agency niet meer bij te houden is wat de credits zijn. En dan is het soms makkelijker om gewoon alleen de naam van het agency te noemen. En als iets volledig door freelancers is ontwikkeld, dan wordt het wel heel lastig om als agency ownership te claimen.” Hesling Reidinga, creative partner Khanna \ Reidinga.
​
“Je hebt freelancers en freelancers. Je hebt de professionele freelancers. En je hebt een hele grote groep die het freelanceleven ingedrukt is, maar daar eigenlijk niets te zoeken heeft. Die ook de mores van dat freelancen niet goed snappen. Of die een bureau opbellen en uit hun dak gaan als ze zien wat er met hun advertentie is gebeurd. Dan snap je het freelancen niet. Da’s jammer. Nee, je staat niet overal bij met de credits. Dat kan ook niet. Dat moet je ook kunnen begrijpen. Als je dat niet begrijpt moet je ergens anders gaan spelen. In vaste dienst namelijk.” Vincent Mispelblom Beyer, headhunter Flexfirm.
Je tijdelijke werkplek
Als freelancer werk je soms op de raarste plekken. En helaas heb je niet altijd de beschikking over een lederen bureaustoel met een in hoogte verstelbaar bureau.
​
Toen het internetbureau Qi een groeispurt doormaakte was het zo druk, dat je onmogelijk een werkplekje aan de Tulpstaat 19 in Amsterdam kon vinden. Het kwam dan ook regelmatig voor dat freelancers moesten uitwijken naar de kelder. Om daar pal naast de servers te werken. Met de godganse tijd WOEOEOEOEOEOEOE in je oren.
​
Soms had je meer geluk. Als je op tijd kwam, kon je nog wel 'ns een kamertje bemachtigen. Maar dan wel eentje zonder meubilair. Gelukkig waren we niet voor niets creatieven. Van een paar planken en een paar kratjes bier maakten we ons eigen onergonomische bureau.
​
En dan is er nog het verhaal van de freelancer die ging werken bij MTV. Ook daar was het zo druk dat alle kamertjes bezet waren. Behalve de riante en luxueus ingerichte werkkamer van de CEO die op dat moment op vakantie was. Geen verkeerde plek om als freelancer een paar weekjes te vertoeven.
​
Freelancers worden ook vaak gebruikt om een bureau op te vullen. Een bureau krijgt een grote klant over de vloer en wil graag indruk maken. Ze bellen dan hun bevriende freelancers op met de vraag om een dagje bij hun te komen zitten. Niet voor een klus, maar om de indruk te wekken dat die nieuwe klant bij een megagrootdynamisch bureau binnenstapt. En als er te weinig freelancers toehappen dan worden vaak ook vrienden en familieleden benaderd om het lege pand een beetje op te vullen.
Maar het kan ook anders. Zoals in deze anekdote:
​
Een drukkerij in Noord-Holland had een soort van ambitie om reclamebureau te worden. Freelancer Theo werd aan het werk gezet naast de offsetprinter. Die behalve een enorme bak herrie ook de nodige stank produceerde. Het wannabe bureau liet Theo de hele dag lekker sudderen bij de printer. Lunch diende zelf te worden geregeld. Er bleek echter geen kantine aanwezig te zijn in het pand. Dus kon Theo niets anders doen dan de auto pakken en een kwartier door het gezellige industrieterrein rijden op zoek naar een tankstation. Voor een vers broodje met benzine aroma. Bij terugkomst op de 'zaak' kreeg Theo een reprimande. Omdat hij te lang weg was gebleven. Je moet ervan houden, van die amateurbureautjes.
​
Als er echt geen werkplek is bij je werkgever, kun je altijd nog uitwijken naar een café of restaurant. Om onder het genot van een cappuccino en een tosti ham/kaas je creatieve brein aan het werk te zetten. Meestal hebben ze ook gratis wifi om op mee te liften.
Verder kun je je werkplek ook aan laten sluiten bij de klus. Voor een extra stukje inspiratiebeleving zeg maar. Zo kun je neerstrijken op het Panorama-terras van Schiphol als je bijvoorbeeld moet werken op reisaanbieders, ticket-boeren of vliegmaatschappijen.
​
Een dagje tussen de doelgroep zitten doet wonderen. Zo kun je ook bij een dierentuin gaan zitten voor al je natuurgerelateerde opdrachten. Of in een showroom om je helemaal in te leven in een Zweeds meubelmerk.
​
Dergelijke plekken zijn echt een aanrader. Je zit meteen in de juiste sfeer en het inspireert je geest.
Thuiswerken
De raarste plek om te werken is thuis. Waar je in je onderbroek presentaties in elkaar kunt flansen, waar je vanuit je warme bedje teksten kunt tikken en waar je vanuit je bad poedelnaakt kunt videobellen met je opdrachtgever. Geen hond die het ziet. Geen baas die je erop aanspreekt. Geen collega's die klagen over je blote poten. Geen stagiaires die met afgrijzen kijken hoe je al een half uur bezig bent om je neus leeg te peuteren. Thuiswerken is de hemel.
​
Maar eerlijk is eerlijk... thuiswerken heeft ook z'n nadelen. Procrastination ligt altijd op de loer. De poes wil een aai. De vaatwasser vraagt om aandacht. De planten lusten wel een slokje. De kinderen hebben een vraag over de Slag bij Almere. En natuurlijk... de goudvis moet nog geborsteld worden.
​
Bij thuiswerken komt er van werken dan ook vaak niets terecht. Tip: kies een doodsaai kamertje in je huis en maak er je werkplek van. Zonder planten. Zonder foto's van ooms en tantes aan de muur. En zonder kattenluikje in de deur. Een kamer die zo saai is, dat je er niets anders kunt doen dan werken.
Geavanceerde freelancers zijn in staat om een virtueel werkkamertje in te richten. In hun hoofd. Met Iron Maiden keihard door de headset zitten ze in hun eigen werkcocon. En laten ze zich door niets of niemand afleiden. Zelfs een strippende vrouw in de woonkamer lokt hen niet weg bij hun geliefde laptop. Deze hoogstaande state of mind is helaas niet voor iedereen weg-gelegd.
​
In dat geval kun je altijd nog uitwijken naar je eigen kantoor buiten de deur. Er zijn een heleboel flexplekken waar je als eenpitter heel voordelig je eigen vierkante meters kunt huren. Een saai hokje met systeemwandjes en tl-licht waar iedere freelancer meteen van in de werkmodus schiet. Een bijkomend voordeel van deze locaties is dat je er vaak in contact komt met soortgenoten en dus heerlijk kunt netwerken.
​
“Freelancers die op afstand werken vind ik lastig. Want die kan ik niet in de gaten houden. Aan het eind van de dag krijg je dan een mailtje met hun output. Maar dan weet je ook dat ze nog een paar uur hebben gewacht om het door te sturen. Maar eerlijk gezegd; dat zou ik ook doen!” Hesling Reidinga, creative partner Khanna \ Reidinga.
Generatiekloof
Sommige freelancers vinden het lastig om een juiste houding aan te nemen ten opzichte van hun opdrachtgevers. Als je als grachtengordelcreatief opeens in het platteland een klusje gaat doen, is de kans groot dat je qua ervaring, kennis en talent een paar treden hoger staat dan je opdrachtgever. Dat geeft je nog geen reden om de persoon die jou inhuurt even op z'n nummer te zetten. Je bent nou eenmaal leverancier, en je moet je houden aan die rol. Ja, je kunt een keer advies geven. Ja, je kunt een keer een discussie aangaan, maar uiteindelijk heeft de opdrachtgever het laatste woord.
​
Dat verschijnsel doet zich ook voor als je als freelancer een jaartje ouder wordt. Na elke verjaardag worden je opdrachtgevers weer een jaartje jonger. Dus de kans dat je moet werken voor een creatief directeur die 20 lentes jonger is dan jij neemt elk jaar toe. Wrijf die generatiekloof nooit in z'n gezicht. Je hebt dan wel 20 jaar meer ervaring, je bent slechts de leverancier en hij is de opdrachtgever. Dat zijn de rollen die jullie spelen. En daar moet je je naar schikken.
Praat met je klant
Handig voor startende freelancers, maar zeker ook voor freelancers die al een tijdje meedraaien: vraag aan je klant hoe hij graag werkt met freelancers.
​
Wat verwacht hij nou precies? Waar gruwelt hij van? Hoe wil hij je factuur ontvangen? Wat zijn de prettige en minder prettige ervaringen die hij heeft met freelancers? Wil hij dat je bij hem op kantoor komt zitten? Of wil hij liever dat je thuis gaat werken?
​
Hoe meer vragen je stelt, hoe meer je leert. En als je de wensen en eisen van je klant goed kent, kun je uitgroeien tot zijn superfreelancer.
Voorkom dat een probleem van een opdrachtgever jouw probleem wordt. Hoe kleiner de opdrachtgever, hoe groter de kans dat dit gebeurt.
​
"Ik moet morgen iets hebben anders wordt mijn klant boos. Kun je het vannacht niet even voor me doen?"
​
"Ik kan je niet betalen, want mijn klant heeft me nog niet betaald."
​
"Ik kan je niet alles betalen want ik heb het geld nodig voor mijn scheiding."
​
Sommige opdrachtgevers halen alles en iedereen erbij om jou zo weinig mogelijk te hoeven betalen. Maar je bent niet voor niets freelancer. Je bent vrij. Je hebt niets te maken met de problemen van je klant. En al helemaal niet met de problemen die hij heeft met zijn eigen opdrachtgever. Als freelancer doe je alleen zaken met je directe klant. De rest doet er niet toe en mag ook geen invloed hebben op je werk en/of je factuur.
​
De allerlaagste soort opdrachtgevers is het gespuis dat pas na het klaren van de klus met zijn problemen aan komt zetten.
​
"Tsja, het gaat momenteel even niet zo lekker. Dus ik kan je maar de helft betalen."
​
Denk je soms dat dit ook zo werkt in een restaurant meneer de opdrachtgever?
"Tsja, zowel het voor-, hoofd- als nagerecht was heerlijk, maar helaas kan ik je maar de helft betalen."
Dergelijk gedrag is onacceptabel. En als je erin meegaat, maak je het steeds moeilijker voor jezelf. Want zeker weten dat ie de volgende keer weer met zo'n kutsmoes komt.
Tijd en kwaliteit
Als de deadline van je opdrachtgever zo krap is dat je onmogelijk kwaliteit kunt leveren, kun je de klus beter weigeren. Gewoon niet doen. Want als je in die beperkte tijd rommel oplevert, snij je jezelf in de vingers. En als zo'n opdrachtgever dan vraagt of je iemand kent die wél snel is en binnen de tijd kwaliteit kan opleveren, dan ken je die niet. Je collega's zullen het je namelijk niet in dank afnemen als je ze opzadelt met een amateuristische opdrachtgever met belachelijke problemen en eisen.
​
Pas dus ook op met correctieronden.
​
"Tsja, ík vond het wel goed, maar mijn klant helaas niet. Je moet het dus aanpassen, maar ik kan je er niet voor betalen."
​
Onzin. Jij hebt niets maar dan ook niets te maken met de onzichtbare klant van je opdrachtgever. Je hebt alleen te maken met je eigen opdrachtgever. En als hij bij jou om correcties komt vragen, dan kan hij daar ook een factuur voor verwachten.
​
"Als een project niet slaagt, ligt het niet altijd aan de freelancer. Als we er na vier of vijf keer nog niet uit zijn, dan moeten we goed nadenken of we de freelancer wel goed hebben gebrieft. En of deze adverteerder of opdracht wel past bij dit type freelancer. Het hoeft niet gelijk aan de kwaliteit van de freelancer te liggen." Mehrnoesh Forouzandeh, client director Anyone?
​
Neem dit en het vorige punt heel serieus. Niet alleen voor jezelf, ook voor je collega's en alle andere freelance creatieven. Want hoe meer vrije vogels toegeven aan de boevenpraktijken van dergelijke opdrachtgevers, hoe meer het een algemeen geaccepteerd gedrag wordt.
Je bent het dus aan alle duizenden freelance creatieven in Nederland verplicht om duidelijk een lijn te trekken bij deze clients from hell.
Beter nog; waarschuw al je freelance vrienden voor deze schurken. Bel ze op en vertel ze dat ze mijlenver uit de buurt moeten blijven van deze illustere personen.
​
"Mijn klant heeft z'n betalingstermijn met twee maanden verlengd, dus ik nu ook. Jammer, maar helaas."
​
Nee.
​
Jij bepaalt wanneer er wordt betaald. Niet je opdrachtgever en al helemaal niet de klant van je opdrachtgever.
​